ICA opa penning
Dr. J. Gajentaan (mijn opa) in de jaren 70 met de ICA penning

Dit artikel is in 1972 geschreven door mijn grootvader Dr. Jan Gajentaan (1902 – 1987) ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan van het Initiatief Comité Amsterdam (ICA) en destijds gepubliceerd in het blad Ons Amsterdam.

Het is 28 mei 1972 veertig jaar geleden dat het Initiatief Comité Amsterdam werd opgericht en ik meende dat hieraan wel enkele regels mochten worden gewijd.

Dr. M. de Hartogh, in de wandeling bekend onder de naam Maupie, verzamelde in 1932  een aantal lieden om initiatieven te ontwikkelen ter verlevendiging van de hoofdstad. Het waren mannen uit het sociale en culturele leven: Jo Spier, onze bekende cartoonist, Johan Luger van De Telegraaf, Jan van Erven Dorens, architect,  Bernard van Vlijmen, kunstschilder, J.A.W. Bergvelt, directeur van het Marktwezen, Mr. Van Wijck, de latere wethouder, Westerouen van Meeteren, directeur toerisme van de ANWB, mr. Van Tiel, procureur-generaal, Gerard Rhee, directeur Nederlandse Middenstands Bank, F.A. da Costa van de Regerings Voorlichtings Dienst, om maar enkelen te noemen.

Vogels van diverse pluimage, een merkwaardig geheel.

Maupie de Hartogh
“Maupie” de Hartogh

Dr. De Hartogh was een medicus, praktiserend in Amsterdam Oost, een zeer bekende en in zijn praktijk geliefde en geachte figuur die ook in het openbare leven van de stad een belangrijke rol speelde, onder meer als gemeenteraadslid van “zijn” eenmanspartij.

Zijn uitgangspunt was: op elke vergadering brengt ieder een initiatief ter tafel  en als er van al die initiatieven maar één blijft hangen, ben ik al tevreden. Daarna zocht hij een organisatie, die de uitwerking ter hand nam. Het is dus begrijpelijk dat deze “wilde” schare nooit geloofd heeft in een langdurig bestaan van deze club en dat uit het verleden geen notulen of aantekeningen bewaard zijn gebleven.

Wat ik hieronder laat volgen moet ik dan ook voornamelijk putten uit mondelinge overlevering en eerst ná de tweede wereldoorlog is een enigszins bruikbaar archief ontstaan, waaraan ik nog het één en ander kan ontlenen.

Het begon in 1932, toen het driehonderdjarig bestaan van de Amsterdamse Hogeschool werd gevierd met een stadionspel: Scientia Lumen Pacis, geregisseerd door Frank Luns (oom van onze minister van Buitenlandse Zaken). Het was een historisch spel dat voor een uitverkocht stadion zorgde en een zeer goede recensie kreeg.

Een ander feit dat ik mij nog persoonlijk kan herinneren was het ICA-aandeel in de blijde inkomst van Parmentier en zijn mannen na de succesvolle Londen-Melbourne race met de Uiver in 1934. In een zegetocht trok de stoet in open auto’s door Amsterdam. De luchtvaart begon toen een rol te spelen in het leven van de hoofdstad. Het ICA stond meerdere malen op de bres voor het behoud van Schiphol toen Plesman een ander vliegveld voor onze KLM op het oog had.

ICA uiver
De bemanning van de Uiver terug in Amsterdam

De vergaderingen van het ICA leverden vooral vóór de oorlog veel op. Men kon toen nog grote groepen Amsterdammers voor openbare manifestaties interesseren. Het leven was niet zo gehaast en gecompliceerd als heden ten dage; voetbal speelde slechts een bescheiden rol en de televisie drukte nog niet haar stempel op onze samenleving. Alleen de “Bonte-Dinsdagavondtrein” hield de mensen één avond aan het radiotoestel gekluisterd.

De Amsterdammer zocht meer zijn vertier buitenshuis, maar er was niet zoveel. Het ICA begon met het organiseren van ”pantoffelparades ” in de Apollolaan  tussen Beethovenstraat en Van Heutszmonument, op zondagmorgen na kerktijd.

ICA pantoffelMet elegante ruitergroepen, mannequins (die de wandelaars met parfum besproeiden) een enkele automobiel uit het begin van onze eeuw en andere attracties trachtten wij deze pantoffelparades te stimuleren. Helaas, het Hollandse klimaat was er de oorzaak van dat deze zondagmorgens nooit tot een blijvende traditie zijn uitgegroeid.

Een andere evenement was de tentoonstelling van “het lelijkste hondje” in het Vondelpark, als tegenhanger van de rashonden-tentoonstellingen. Een geweldig succes: de halve Jordaanjeugd was er (met een al of niet gevonden hondje) op af gekomen. De jury zetelde in de muziektent, omgeven door het vijvertje; het was een heerlijke chaos, waarover men nog dagen sprak.

ICA hondje
Het “lelijkste hondje” getekend door Jo Spier

In die jaren werd het Amsterdamse Bos (Bosplan) aangelegd en het ICA zou het ICA niet geweest zijn als het ook daarbij niet een vinger in de pap wilde hebben. Helaas, ons voorstel om een echte berg in het bos te maken is toen bij een voorstel gebleven.

Voorts vermeld ik hier een concert ten bate van het Pensioenfonds van het Concertgebouworkest in 1938: “Van Pierement tot  Mengelberg” werd een geslaagde manifestatie in Theater Carré. Bovendien organiseerden wij ter gelegenheid van de geboorte van prinses Beatrix een Oranje Bal, dat daarna telkenjare op haar verjaardag werd herhaald tot ver na de oorlog, eerst in het Carlton Hotel, later in Lido aan de Leidsekade.

Maar verreweg het grootste succes was ongetwijfeld het idee om Sinterklaas in de hoofdstad feestelijk in te halen. Ik herinner mij nog goed de vergadering in 1934, waarin Maupie met dit plan kwam. David Kouwenaar, journalist van de NRC, had hem op het idee gebracht en het plan werd met grote hilariteit ontvangen. Waarop de historische woorden van Maupie volgden:

Of het wordt een enorm debâcle of een enorm succes!

Ik behoef u niet te vertellen wat het is geworden. Zo wist onze voorzitter een traditie voor Amsterdam op te bouwen die haar gelijke nimmer heeft gekend.

Alles, ja letterlijk alles, schakelde hij in: onze eerste toneelspeler Eduard Verkade kreeg de rol van Sint, Van Gend en Loos leverde een “monumentaal” wit paard, de Havenstoomboot zorgde voor een echte stoomboot met dikke vette rook uit de schoorsteen.

 

ICA intocht 1934
De eerste intocht van 1934 met Surinaamse schepelingen

Surinaamse schepelingen werden zwarte pieten. De Sint Nicolaaskerk zou klokgebeier laten horen, Bodega Oporto op het Damrak bood Spaanse wijn aan. De studentenrijclub “Hors” leverde de Spaanse edelen. Een kinderfeest in Paviljoen Vondelpark zou het slot zijn.  Burgemeester De Vlugt kon er niet onderuit de heilige bisschop te ontvangen. Maar de rechtzinnige burgervader reageerde toch wel enigszins ontsteld: “Maupie, hoe heb je mij zo gek kunnen krijgen!”

ica intocht 1934 B
Amsterdamse kindertjes blij met de komst van Sint in 1934

Met de oorlog en de bezetting kwam voorlopig een einde aan onze activiteiten. Dr. De Hartogh werd opgepakt, maar keerde gelukkig na de bevrijding ongedeerd uit concentratiekamp Theresienstadt terug en met hem het ICA, nu aangevuld met nieuwe leden. Helaas ontviel  ons op 10 juli 1952 Dr. De Hartogh, maar ook daarna namen wij in zijn trant het initiatief tot vele opvallende manifestaties, zoals in 1955 het Bevrijdingsbal in de oude RAI ter gelegenheid van onze tienjarige bevrijding.

intocht 1950 maupie paintMaar hét evenement is de jaarlijkse intocht van Sint Nicolaas gebleven. Vooral hiermee heeft het ICA een enorme goodwill gekweekt. Driemaal woonden leden van het Koninklijk Huis dit gebeuren bij. Maar ook bekende buitenlanders kwamen kijken: Trygvle Lie, de eerste secretaris-generaal van de VN; de Begum Ra’ana Liquat van Pakistan, de Santa Claus Commissie uit Cardiff, leden van de VVV uit Bari (waar het gebeente van Sint Nicolaas rust), Santa Lucia de Zweedse Koningin en vele andere populaire persoonlijkheden.

Het zou te ver voeren in dit bestek, nog verder over het Sinterklaasgebeuren uit te wijden. Een reeks van anekdotes zou te vermelden zijn, maar het blijve hierbij. Al met al heeft het initiatief van Dr. M. de Hartogh in deze jaren wel een bijzondere band doen ontstaan tussen onze hoofdstad en haar initiatiefcomité. Moge het nog vele decennia zo blijven!

Intocht 1952 met Koningin Juliana
De intocht van 1952 met Dr. Jan Gajentaan als Sinterklaas, koningin Juliana en de prinsesjes Marijke en Margriet.